Terugkijken: promotie Hillie van de Streek

De promotie van Hillie van de Streek is hieronder terug te kijken.

Zij verdedigt haar proefschrift met als titel: ‘Vrouw en moeder’. Opvattingen over vrouwen in de ideologie en de parlementaire standpuntbepaling van de ARP, CHU, RKSP en KVP 1879-1967.

Onderzoek

‘Mijn onderzoek gaat over de opvattingen over de maatschappelijke positie van vrouwen in de mens- en maatschappijvisie en de parlementaire standpuntbepaling van de Nederlandse christelijke politieke partijen ARP, CHU, RKSP en KVP in de jaren 1879-1967. Dat was de tijd die we achteraf aanduiden als het tijdperk van de ‘verzuiling’. Mijn onderzoek richt zich vooral op de verhouding tussen de neothomistische en neocalvinistische mens- en maatschappijvisie en de standpunten die de fracties van de christelijke partijen innamen in de Tweede en de Eerste Kamer. In het bijzonder gaat mijn onderzoek in op twee thema’s van politieke besluitvorming. De invoering van het vrouwenkiesrecht en de beroepsarbeid van vrouwen buitenshuis. Beide hadden in de jaren 1890–1967 geregeld een belangrijke plaats op de agenda van de Tweede en Eerste Kamer. Voor de christelijke partijen waren beide politieke kwesties van groot principieel belang.’

Resultaten

‘De resultaten van mijn onderzoek dragen om te beginnen bij aan het inzicht dat zowel de neothomistische als de neocalvinistische principes over de maatschappelijke positie van vrouwen in hoge mate bepalend waren voor de politieke standpuntbepaling van de christelijke partijen over het kiesrecht en de beroepsarbeid van vrouwen. Op basis van deze principes wezen de partijen een algemeen vrouwenkiesrecht af; daarentegen bepleitten zij een kiesrecht van gezinshoofden. Het ideaal van het kostwinnersmodel, met de man als kostwinner en de vrouw als moeder en opvoedster, groeide uit tot een zwaarwegend ideologisch strijdpunt. Dit leidde tot voorstellen tot een verbod op arbeid van gehuwde vrouwen. Ten tweede laat dit proefschrift zien dat de strijd van de christelijke partijen van 1879 tot 1967 zowel op het vlak van de mens- en maatschappijvisie als wat betreft de politieke standpuntbepaling niet alleen in de politieke maar ook in de kerkhistorische en vrouwenhistorische geschiedschrijving onderbelicht is gebleven. Mijn onderzoek laat zien dat de christelijke opvattingen en politiek ten aanzien van vrouwen veel meer verscheidenheid en ontwikkeling vertoonden dan deze literatuur suggereert. Dit proefschrift voorziet hiermee dan ook niet alleen in een lacune maar ook in een bijstelling van het bestaande geschiedbeeld.’

Lees hier meer over promoveren op de Theologische Universiteit Utrecht.

Goedendag, waar ben je naar op zoek?